ARNHEM (GL) – De advocaat-generaal (OM) in Arnhem heeft maandag in hoger beroep negen jaar cel geëist en gevorderd om de maatregel van terbeschikkingstelling (TBS) op te leggen aan een man die ervan verdacht wordt dat hij op 24 oktober 2012 in Hengelo (O) heeft geprobeerd om zijn ex-vriendin om het leven te brengen. In de visie van het OM is de verdachte op 24 oktober 2012 naar de woning van zijn ex-vriendin gegaan waarna hij het slachtoffer bij binnenkomst direct te lijf ging met een mes. Hij stak haar in haar nek, gezicht en lijf. Nadat het mes afbrak, pakte hij een tweede mes. Ook dit mes brak af waarop de verdachte vermoedelijk een nieuw mes wilde pakken in de keuken. Hierbij trok hij het slachtoffer aan de haren mee. De vrouw wist te ontkomen en zakte buiten bij de buren, een paar deuren verder, in elkaar.
Op het moment van de steekpartij waren de kinderen van het slachtoffer in de woning aanwezig. Het slachtoffer heeft na de steekpartij drie dagen in coma gelegen. Het OM gaat ervan uit dat de verdachte tot zijn daad is gekomen, omdat hij niet kon accepteren dat de relatie tussen hem en het slachtoffer over was. Het OM is van mening dat de verdachte heeft gehandeld met voorbedachte raad en dat er dus sprake is van poging moord. “Verdachte heeft meermalen aangegeven dat hij het slachtoffer om het leven wilde brengen en is doelgericht naar het slachtoffer toegegaan. Hij heeft haar op vitale plaatsen stevige steekwonden toegebracht. Ze heeft geluk gehad dat ze nog leeft. De verdachte viel zijn ex-vriendin hiervoor regelmatig lastig en bedreigde haar met de dood“, aldus de advocaat-generaal ter zitting.
Bij de strafeis is rekening gehouden met de ernst van de feiten. “De verdachte heeft de vrouw met meerdere messen een flink aantal keer gestoken. Het slachtoffer is gruwelijk toegetakeld. Aan de steekpartij heeft zij littekens overgehouden. De kinderen waren in de woning aanwezig op het moment van de steekpartij en hebben alles gehoord. Dit wordt verdachte zwaar aangerekend en het OM laat dit fors meewegen in de strafeis. De door de rechtbank opgelegde straf is gezien de ernst van het feit en de gruwelijke omstandigheden waaronder het feit is gepleegd passend“, aldus het OM. Het OM acht het noodzakelijk dat aan de verdachte tevens de TBS-maatregel wordt opgelegd. Uit diverse oudere rapportages heeft het Pieter Baan Centrum (PBC) geconcludeerd dat er sprake is van een stoornis en dat een behandeling nodig is. Ook is hierbij rekening gehouden met de diverse veroordelingen op het strafblad van de verdachte. De rechtbank veroordeelde de verdachte tot 9 jaar cel en TBS, bij een eis van de officier van justitie van 6 jaar cel en TBS. De verdachte was het niet eens met de uitspraak en stelde hiertegen hoger beroep in.
