AMSTERDAM (NH) – De nieuwe rechtszaak tegen topcrimineel Willem Holleeder is rond 10.00 uur in Amsterdam begonnen. Hij staat voor het eerst terecht voor betrokkenheid bij de liquidaties van drugshandelaren Kees Houtman in 2005 en Thomas van der Bijl in 2006.
Ook wordt hij verdacht van deelname aan een criminele organisatie, samen met Dino Soerel, Ali Akgün, Jesse R. en de kroongetuigen Fred Ros en Peter La Serpe. De criminele organisatie hield zich volgens het OM bezig met moord en het uitlokken van moord. De verdachten werkten met een dodenlijst, aldus het OM.
Holleeder zit in de rechtszaal achter een scherm en is voor het publiek niet te zien. Volgens de rechtbank is dat een veiligheidsmaatregel, maar op de aanleiding hiervoor wil men niet ingaan. Holleeder werd in december vorig jaar aangehouden en zit in voorlopige hechtenis. De rechtbank moet vandaag een beslissing nemen of hij vast moet blijven zitten in afwachting van zijn proces dat vermoedelijk pas volgend jaar inhoudelijk van start gaat.
Gisteren werd bekend dat twee zussen en een ex-vriendin van Holleeder belastende verklaringen hebben afgelegd bij het Openbaar Ministerie over Holleeder. Zijn zus Sonja nam ook gesprekken op. Holleeder kwam rond 09.00 uur onder politiebegeleiding aan bij de rechtbank. De pers is daar massaal aanwezig voor de nieuwe zaak tegen Nederlands bekendste crimineel.
Eerste fragment:
S: (Tegen ober): Mag ik van jou straks een kleine latte? Een kleine latte.
(Tegen Willem): Goeiemorgen, wat gezellig zo vroeg, zeg.
W: Ja. We gaan een kogelvrij vest voor je kopen
S: Ach, sodemieter op. Wat?
W: Weet je wat jou kan gebeuren, dat die Boellaard (Heinekenontvoerder, red.), een of andere psychopaat die de hele dag met een wapen rondloopt, dat als die een spin in zijn hoofd krijgt, dat hij je doodschiet. Hij heeft die douanier ook doodgeschoten. Hij heeft ervaring genoeg daarmee. Jij denkt dat het maar zo gemakkelijk gaat. Ik denk dat wij inderdaad maar een kogelvrij vest voor jou moeten kopen. ‘t Is levensgevaarlijk. Levensgevaarlijk.
S: Ik ga wel naar die jongen toe.
W: Naar wie?
S: Naar Boellaard
W: Wat ga je doen dan? Ga je bijdehand doen?
S: Nee, ik ga niet bijdehand doen, waarom zou die jongen mij wat doen?
W: Ik heb dat nou 100 keer met je besproken, en dan kan je wel net doen of je stoer bent
S: Ik ben niet stoer
W: Als je naar hem toegaat ga je op eigen verantwoording, en wat er dan met je gebeurt is je eigen verantwoording. want je moet niet mij in de problemen brengen omdat je denkt stoer te moeten doen. Begrijp je dat?
S: Ik doe niet stoer
W: Maar je kan wel stoer doen, en als ze morgen op je aflopen en ze schieten je twee keer door je pan heen, wat dan?”
Tweede fragment – Zelfde gesprek, toon verandert, wordt steeds vervelender. Sonja gaat naar buiten. Gesprek loopt al vrij snel uit de hand. Willem gaat behoorlijk door het lint
W: Opkankeren nou. Wegwezen. Wegwezen met die grote bek tegen mij, oprotten!
S: Nee, helemaal niet, jij zegt tegen mij…
W: Oprotten, zeg ik! Anders sla ik je eruit. Ga weg nou.
S: Ik ga helemaal niet weg.
W: Nee? Boxer, luister, ga niet te ver hoor. Ik zweer het je hoor, zet me niet voor schut. (hij spuugt) Vuile hoer!
S: Ik zet jou niet voor schut.
W: Als je nog één keer tegen me schreeuwt, zal je zien wat ik met je doe, kankerhoer! Jij moet je bek houden nou tegen mij, begrijp je dat?
S: Ik probeer…
W: (schreeuwend) Anders schop ik je door de hele straat! Denk je dat je een grote bek tegen mij kan hebben waar iedereen bij is. Wie denk je dat je bent?! Mafkees, laat me je dit zeggen, Boxer,
S: Wim, mag ik één ding zeggen…
W: Luister! Zo kwaad als ik ben, zijn die Meijer (een andere Heineken-ontvoerder, red) en Boellaard ook op jou. Dus er gebeuren heel veel dingen, mensen die dingen tegen mij gaan verklaren om mij van de straat af te halen. (Schreeuwend): Jij bent alleen maar een stoorzender in mijn hele leven! Kankerhoer! Ik heb al die ellende van je! Die familie van Cor, iedereen! Allemaal tegen mij, door jou. Omdat ze denken dat ik erachter zit, kankerhoer! Ik zit alleen maar vast met jouw gezeik en gezeur.”
Derde fragment: Holleeder haalt uit naar zijn advocaat Bram Moszkowicz:
H: Luister, Boxer
S: Wim, ik bedoel het goed.
W: Ga je weer schreeuwen?
S: Nee…
W: Boxer, je moet niet je stem tegen mij verheffen, want ik ben jouw stuk stront niet, begrijp je dat? Want niemand bepaalt wat ik ga doen. De laatste Jood die mij mijn geld afgepakt heeft, en iedereen in de maling heeft genomen, is Moszkowicz, en dat is de laatste Jood!
Vierde fragment: Holleeder maakt zijn zus duidelijk dat hij een ‘speciale status’ heeft:
W: Luister, je moet niet tegen mij schreeuwen. Moet je niet meer doen, want de volgende keer trap ik echt je kankerkop in. Want ik pik het niet waar mensen bij zijn dat je tegen mij schreeuwt, begrijp je dat? Ik ben een bekende Nederlander, ik laat me door niemand hier uitkafferen. Door wie dan ook! Begrijp je dat? Want bij iedereen reageer ik harder als hier, en jij gaat niet meer tegen mij schreeuwen! Denk erom, vuile kankerhoer! Altijd dat gezeik, dat gezeik met die Meijer en Boellaard! Zal ik je wat zeggen? Daar komt nog wat van, zal je zien. Ik voel het aan alles, ik hoor het links en rechts. Allemaal onrust, overal onrust. Waar heb je het over, met je ‘ik weet het zo goed, en jij gaat er effe naartoe’? Ze schieten je gewoon in twee stukken, kankerhoer! Want ze hebben gewoon schijt aan je!
Vijfde fragment: Holleeder bedreigt zijn zus:
W: Je weet wat ik doe als het me niet bevalt. Dat weet je. Dat weten ze allemaal. Zo simpel is het. En dat blijft ook zo!
Zesde fragment: Holleeder is bang dat hij afgeluisterd wordt. Hij geeft zijn zus van alles wat hem is overkomen de schuld:
W: Ik ga je dit zeggen, hè. Laat maar even je telefoon liggen.
S: Ik heb hem al wel uitstaan.
W: Ja, dat maakt niet uit, je kan hem zo weer aanzetten, toch?
S: Moet ik hem neerleggen dan?
W: Ja, ik ga je dit zeggen, Boxer, ik heb alleen maar ellende van jou. Alleen maar. ik heb alleen maar ellende met Van der Bijl (geliquideerde kroegbaas) gehad. Met de familie van Cor.
S: Dat geloof ik niet
W: Hou er nou over op. Hou erover op! Ga niet verder in die discussie, want dan komen we er niet meer uit. Ik ga je dit zeggen. Ik heb alleen het gezeur gehad. Jij niet. Ik! De rechtbank, overal!
S: Maar Wim, ik heb een en al ellende gehad van alles. Dat moet je echt geloven.
W: Ja, maar ik zal je dit zeggen, Boxer, ik heb van jou alleen maar ellende gehad. Alleen maar ellende, op ellende, op ellende, op ellende. Ik heb gezeten, ik heb alles.
S: Maar niet door mij!
W: Ja, maar Boxer, als Thomas (van der Bijl) gewoon zijn mond had gehouden, was ik niet veroordeeld geweest, hè. Is allemaal steunbewijs. Zonder steunbewijs was ik niet veroordeeld geweest. Dat maakt allemaal niet uit, ik heb alles gewoon op mijn nek gehad.
Zevende fragment: Sonja houdt Willem voor dat hij haar alleen maar bedreigt:
W: Maar luister, waarom ben je nou eenmaal zo gluiperig
S: Omdat jij alleen maar dreigt tegen mij, dan kan ik tegen jou toch gewoon…
W: Luister, ik ga je dit zeggen
S: Ja…?
W: Ik dreig…Ik dreig niet.
S: Nee, ik weet dat je het doet, ik weet het, ja.
W: Ik zeg gewoon waar je voor uit moet kijken.
S: Ja.
Achtste fragment: Sonja breekt vanwege bedreiging dat haar kinderen worden doodgeschoten. Holleeder is boos dat zij opnames heeft bijgewoond van de film over de Heineken-ontvoering, terwijl hij haar dat had verboden:
W: Ja, weet je wat het is als ik het nou hoor? Zal ik je zeggen. Ik zeg, ga maar naar mijn zussie, ga er maar heen en schiet ze maar dood. Klaar. Ik ben er klaar mee.
S: Ik laat me echt niet bedreigen, door wat moet ik mij laten bedreigen? Omdat ik zelf ook in die shit meegenomen ben?
W: Nee, omdat je niet eerlijk bent.
S: Nee, daarom zei ik tegen jou dat je me alleen maar dreigt met alles.
W: Weet je, Boxer, als ik nu…
S: (Huilend) Het is niet leuk als je hoort dat je kinderen doodgeschoten worden!
W: Maar weet je wat het is, Boxer, dan moet je niet gaan.
S: Maar waarom niet?
W: Omdat ik gezegd heb, niet gaan!
S: Ja maar, wat is het punt?
W: Ik heb gezegd, niet gaan!
S: Ja, maar wat maakt het uit? ik zie er geen…dinges in.
W: Ja, dat moet jij weten!
S: ik zie er allemaal geen…
W: Moet jij weten. ‘Ziet er niets in’, Boxer. Jij ziet nergens wat in!
Negende fragment: Sonja zegt dat zij bedreigingen op papier gaat zetten. Holleeder ontploft:
S: Als ik gewoon alles met jou kan bespreken, is er niets aan de hand, Wim.
W: Vieze, smerige stinkgluiperd, dat ben je. Wil je wat op papier gaan zetten, vieze hoer?
S: Wat nou?
W: Hé, ‘ik ga wel wat op papier zetten, ga dat op papier zetten, ga dat op papier zetten’, vieze hoer die je er bent, met je op papier zetten. Wie denk je dat je bent? Je moet gewoon op de blaren zitten wat je zelf doet. En niet allemaal ‘ik ga het op papier zetten voor de politie’. Mafkees, denk je dat iemand daar wat van gelooft?
S: Nee, niet. Maar als ik ga, gaat een ander ook.
W: Ja, hoe gaat dat dan?
S: Nou, weet ik veel, kan mij het schelen.
W: Is dat een dreigement? Een dreigement?
S: Nee, dat is geen dreigement.
W: Dan maak ik gelijk korte metten, hoor.
S: Nee.
W: Maak ik gelijk korte metten, hoor. D’r blijft niets over, hoor. Kijk uit wat je zegt, hè! Kijk uit wat je zegt en wat je doet, hoor, want je kan niet overal mee wegkomen, hè! Niet zoals je nou weer doet, achteraf. Straks ook niet, hè! Eén fout, luister, één fout…Kijk uit wat je doet!
S: ik weet het wel wie je bent, hoor, je hoeft het mij niet te zeggen.
W: Eén fout hoor, één fout nog en het is klaar, hoor! Zo’n stukje, hoor, zijden draadje. Eén fout nog. Kankerhoer!